Haven Oostende zet alles op alles om de Dyckroute te vrijwaren

Sinds begin 2018 voert Haven Oostende actie tegen de voorgenomen bouw van een windturbinepark ter hoogte van Duinkerke. De zone waar Frankrijk dit windturbinepark wenst in te plannen overlapt immers met de sinds lang gebruikte westelijke aanlooproute naar de haven van Oostende. 

Deze westelijke aanlooproute, gekend als de Dyckroute, loopt doorheen de Vlaamse Banken en verbindt de haven van Oostende met Dover, Ramsgate, het Kanaal en de Atlantische Oceaan. Deze westelijke aanlooproute dreigt nu verloren te gaan. 

Deze vaargeulen kunnen niet door andere routes worden vervangen en blijven dus vitaal met het oog op het heropstarten van een vaartverbinding tussen Oostende en Zuid-Engeland. Bovendien wordt de route intensief gebruikt door onder meer vissersvaartuigen die varen tussen de Oostendse haven en de westelijke visgronden. 

Dat Haven Oostende de verbinding met het Verenigd Koninkrijk als vitaal beschouwt, is wel duidelijk. Met grote financiële inspanningen werden de installaties en faciliteiten voor ferry- en roll-on roll-off (RoRo) verkeer terug operationeel gebracht. Dit resulteerde onlangs nog in een succes met een verbinding naar Grimsby, dat zich aan de Engelse oostkust bevindt. 

De onzekerheid die door Frankrijk gecreëerd wordt inzake het voortbestaan van de Dyckroute hangt als een schaduw boven nieuwe opportuniteiten. De Franse havens profiteren van deze marktverstoring. Tevens belemmert dit de verdere uitbouw van de haven van Oostende. 

Het is nu wel duidelijk dat de diplomatieke weg, die de federale overheid sinds 2016 bewandelt, tot op heden geen resultaten afgeworpen heeft. Frankrijk en het door haar aangeduide consortium rond Electricite de France (EDF) blijven immers volharden. 

Haven Oostende verzet zich niet tegen de bouw van het windturbinepark voor de kust van Frankrijk, maar wel tegen de locatie. Het eenvoudig noordelijk opschuiven van deze locatie, die weliswaar een meerkost met zich meebrengt, zou nochtans een oplossing kunnen bieden. 

Voor Haven Oostende beperkt de strijd tegen de komst van de windturbines voor de kust van Duinkerke zich niet tot de strijd tegen de visuele pollutie voor de kust van Vlaanderen, die als onaangenaam wordt beschouwd en tegen de aanslag op de ecologische aspecten; het is ook aanval op de fundamentele belangen van België en van Vlaanderen en fnuikt het internationaal recht op onschuldige doorvaart. 

Het openbaar onderzoek, waarbij de verschillende partijen hun bezwaren kunnen indienen, is nog steeds aan de gang en loopt tot 1 juni 2024. 

Haven Oostende heeft een zeer uitgebreid bezwaarschrift opgesteld. Ook Stad Oostende, diverse kustgemeenten, Vlaanderen, de Belgische overheid, burgerplatformen en vele andere stakeholders, zowel vanuit België als vanuit Frankrijk, hebben bezwaar ingediend. 

Indien het project niet spoedig wordt stilgelegd of aangepast, vraagt Haven Oostende de Belgische en de Vlaamse regeringen dringend een internationale rechtsprocedure tegen Frankrijk op te starten. De lopende Franse vergunningenprocedure moet daarbij niet worden afgewacht.

“Het vrijwaren van de Dyckroute is van groot belang voor de economische vitaliteit van Haven Oostende. Het zorgt ervoor dat de haven toegankelijk blijft voor commercieel verkeer, wat bijdraagt aan de lokale en regionale economie.”

“Internationaal recht is er om nageleefd te worden; zoniet is het hek van de dam. Het fnuiken van het recht op onschuldige doorvaart, nota bene op een vaarroute die nog intensief gebruikt wordt, is niet alleen uiterst onrechtvaardig, het brengt ook onaanvaardbare concurrentievervalsing met zich mee."

"Het windmolenparkproject bij Duinkerke is kennelijk in strijd met het internationaal en Europees recht. Kuststaten mogen geen infrastructuur bouwen in internationale vaarroutes of aanlooproutes van havens. Het is onbegrijpelijk dat Frankrijk tegen beter weten in verdergaat met dit project en de al vele jaren door België, Vlaanderen en Haven Oostende geuite bezwaren blijft negeren”

Haven Oostende

Haven Oostende zet in op continuï teit, groei en tewerkstelling binnen vijf pijlers: Blauwe Economie, Lift-on-lift-off, Bulk & Project Cargo, Cruises & Roll-on-roll-off, Circulaire Industrie en de Visserijsector. Deze sectoren worden verder uitgebouwd op basis van twee fundamenten: prioriteitstelling van veiligheid, gezondheid en milieu en als tweede het ondersteunen van innovatie en ontwikkeling.

Share